De jaren ‘47-’49 kenmerken zich door een stille maar stug volgehouden strijd tussen Gualthérie van Weezel en de Haagse “overheden”, de minister en de chef van de generale staf, generaal mr. H.J. Kruls. Van Weezel wil niet alleen maar bezig zijn met het opleiden van kader en officieren. Een door dienstplichtigen bemand Korps Commandotroepen staat hem voor de geest. Bovendien voelt hij er niets voor om uit Bloemendaal weg te trekken. “Den Haag” wil de Stormschool elders in het land geplaatst zien en meent dat commando’s in het Nederlandse leger overbodig zijn.

Daar de kern van het personeel van de Stormschool uit oud-leden van No. 2 Dutch Troop bestond, was het ook niet verwonderlijk dat de commando-sfeer goed merkbaar was. Ook tijdens gesprekken met oud-Stormers kwam deze sfeer weer naar voren. Echter was er geen plaats ingeruimd voor commandotroepen na 1945. Generaal mr. H.J. Kruls, de chef van de generale staf, zette zijn opvattingen hierover uiteen in een nota van 25 augustus 1947:

“In de organisatie van ons leger behoren geen commandotroepen thuis. Indien door onderdelen van het leger op-voet-van-oorlog speciale opdrachten moeten worden uitgevoerd, waarvoor een speciale geoefendheid nodig is, dan behoren die onderdelen, nadat het personeel zo nodig geselecteerd is, aan een speciale school voor de bijzondere operatie worden voorbereid. Die school kan zijn de Stormschool”.

Door gebrek aan gekwalificeerde instructeurs in Bloemendaal en na veel lobbywerk kreeg de Stormschool toch toestemming een twintigtal beroepsmilitairen tot commando op te leiden. Zij moesten de nieuwe instructeurs worden. Tien van de twintig deelnemers haalden uiteindelijk de eindstreep. Voor de eerste keer op Nederlandse bodem kregen deze nieuwe instructeurs samen met commandant J.H.A.K. Gualtherie van Weezel en de luitenant der eerste klasse W.F. van Heem de groene baretten (zgn. Commandobaretten) op zaterdag 5 juni 1948 uitgereikt door luit.kolonel G.J. Lefèvre de Montigni, hoofd van sectie G5 van de Generale Staf, afdeling opleiding. En hier bleef het voorlopig bij.

Het blijkt dat de “Stormschool Bloemendaal” bepalend is geweest voor het voortbestaan van de Commando’s van het Nederlandse leger.